Lenny haalt Ties uit bed en zet hem bij haar op schoot. Haar collega Annina heeft een een-op-een-momentje met Sam terwijl ze hem verschoont. Wanneer je een kinderdagverblijf binnenstapt, verwacht je misschien een hoop kabaal, maar hier voelt het helemaal ‘zen’. De ruimte is licht en groot. Geen muren vol knutsels of rondslingerend speelgoed. “Natuurlijk is het ook wel eens anders”, zegt Lenny terwijl ze Ties over zijn bol aait. “Maar met baby’s op de groep houden we het zo rustig en opgeruimd mogelijk. We beperken prikkels zoals licht, geluid en bewegingen. Voor baby’s kunnen die prikkels snel te veel zijn, waardoor ze bijvoorbeeld minder goed slapen.”
Bijzondere band
De zorg voor een baby neemt Lenny heel serieus: “Ik doe dit werk al jaren, maar ik blijf het mooi vinden dat ouders mij het belangrijkste in hun leven toevertrouwen. Als babyspecialist leer je dat zo’n kleintje vanaf dag één een vertrouwensrelatie met je aangaat. En dat is bijzonder, want dat kunnen ze maar met een beperkt aantal mensen”, legt Lenny uit. “Een hechte band met een volwassene is voor een baby onmisbaar om zich veilig te voelen. Alleen dan voelt hij de ruimte om emoties te verwerken, tot rust te komen en zichzelf verder te ontwikkelen.”
Ik zie jou
Een belangrijk uitgangspunt van de opleiding is het kijken door de ogen van een baby en jezelf af te vragen: wat probeert hij mij te vertellen? Lenny: “Pas als je een kind écht ziet, kun je aanvoelen wat hij nodig heeft. We zijn altijd in een groep, maar verliezen het individu nooit uit het oog. Heeft een baby meer tijd nodig om in slaap te vallen? Dan geven we dat. Heeft een baby meer behoefte om gedragen te worden? Dan doen we dat. We stemmen af en spelen in op de specifieke behoefte van een baby.”
Pas als je een kind écht ziet, kun je aanvoelen wat hij nodig heeft.
Het is oké
Veiligheid en geborgenheid geef je een baby door dichtbij te zijn. “Exclusieve aandacht en intensief contact zijn cruciaal. Ik werkte altijd al zo, dus het was fijn om te horen dat mijn manier van denken aansluit op wat we leren in de opleiding. Ik breng zoveel mogelijk tijd door met de kinderen, maar af en toe moet je ook andere dingen doen, zoals fruit snijden. Juist dan is het belangrijk om contact te houden: ‘Ik ben hier, maar ik zie je’. Ook laat ik baby’s niet te lang huilen. Dus niet: ‘Hij is na een half uurtje alweer wakker, hij valt zo wel weer in slaap’. Ik ga er juist even naartoe om te zeggen: ‘Ik heb je gehoord, het is oké. Probeer het nog maar even’. En werkt het niet? Dan pak ik hem lekker bij me.”
Op de grond zitten
Door de opleiding tot babyspecialist is Lenny zich nog bewuster van hoe ze werkt. “Het heeft me vooral laten zien dat we niet te moeilijk moeten denken. Er simpelweg ‘zijn’ is voor een baby het allerbelangrijkst. Als een baby kruipt, ga ik gewoon even op de grond zitten, in de buurt. Ik denk wel eens: ik doe nu niks, kan dit wel? Maar niks doen op een kinderdagverblijf is niet niks doen, het is juist alles. Je bent binnen bereik en dat is wat telt. We zien ieder kind, ook de kinderen die lief op zichzelf spelen.” En Ties? Die ligt nog heerlijk op Lenny’s schoot, met zijn hoofd op haar borst, te luisteren naar wat ze vertelt. Hij is duidelijk ontspannen en geborgen. Prachtig om te zien.
Lenny met baby Gigi. Lenny werkt al 23 jaar als pedagogisch medewerker bij Kinderopvang Walcheren. De laatste jaren bij Kinderbolwerk in Middelburg. In 2019 volgde ze de opleiding tot babyspecialist.